Moeten beide schildklieren operatief worden verwijderd?
Als schildklierknobbeltjes in beide schildklieren aanwezig zijn en groot zijn, worden ze aan beide kanten verwijderd. Bij patiënten met schildklierkanker en hyperthyreoïdie worden ook twee schildklieren verwijderd. Eenzijdige chirurgie kan worden uitgevoerd bij patiënten met schildklierkanker kleiner dan 1 cm of bij patiënten met eenzijdige knobbeltjes. Deze beslissing wordt meestal tijdens de operatie genomen, maar de patiënt wordt vóór de operatie over beide soorten operaties geïnformeerd.
Is een operatie aan schildklierkanker anders?
Schildklierkankeroperaties gedetecteerd in de knobbel en standaard strumaoperaties zijn vergelijkbaar. In gevallen van grote kanker die is uitgezaaid naar de omliggende weefsels, duren operaties lang en zijn ze erg moeilijk. Bij patiënten met schildklierkanker die is uitgezaaid naar de lymfeklieren, is het anders en moeilijker dan standaard schildklieroperaties, omdat naast het verwijderen van de schildklier ook de lymfeklieren worden verwijderd.
Hoe is de behandeling van schildklierkanker die is uitgezaaid naar de lymfeklier?
Schildklierkanker (vooral papillaire kanker en medullaire kanker) metastaseren vaak naar lymfeklieren. Bij patiënten met preoperatieve kankerdiagnose moeten lymfeklieren worden geëvalueerd door middel van echografie. Bij verdenking op metastase dient de diagnose te worden gesteld door middel van een biopsie. Naast schildklieroperaties bij gediagnosticeerde patiënten, wordt het gebied met lymfemetastasen verwijderd.
Moet pathologisch onderzoek (bevroren) worden gedaan tijdens de operatie?
Bevroren wordt niet uitgevoerd bij patiënten met de diagnose kanker door middel van naaldbiopsie. Bevroren kan worden aangevraagd bij patiënten met 'vermoeden van kanker'. Als tijdens de operatie een verdachte lymfeklier wordt gezien, wordt de vorm van de operatie bepaald door bevroren te maken. Als er uitzaaiingen worden gevonden als gevolg van bevriezing, worden ook de lymfeklieren van de patiënt verwijderd.
Is er een apparaat dat zenuwbeschadiging voorkomt?
Apparaten die het gemakkelijker maken om de zenuw te vinden, kunnen worden gebruikt bij schildklieroperaties. Het gebruik van deze apparaten vermindert het risico op complicaties niet, maar maakt het gemakkelijker om de zenuw te lokaliseren. Het gebruik van deze technologie bij secundaire nekchirurgie wordt sterk aanbevolen.
Hoe lang nadat de hechtingen zijn verwijderd?
Omdat zelfsmeltende draden worden gebruikt in huidhechtingen, is het niet mogelijk om de hechtingen te verwijderen. Soms wordt de huid gesloten met plakband.
Wanneer mag ik in bad?
Het kan geen kwaad om de wond de tweede dag na de operatie aan te raken. De dag na uw operatie wordt als de eerste dag beschouwd.
Hoe weet ik of de wond ontstoken is?
De ontwikkeling van pijn, roodheid of zwelling op de plaats van de wond in de dagen na ontslag is een teken van infectie (ontsteking). Het is zeer zeldzaam.
Zullen er littekens zijn?
Bij alle schildklieroperaties wordt de incisie gesloten met een esthetische methode, maar afhankelijk van de wondgenezingsstatus van de persoon kunnen er soms meer voor de hand liggende littekens achterblijven. Littekens worden onduidelijk, meestal zes maanden na de operatie. Omdat de chirurgische incisies worden gemaakt van de natuurlijke lijnen van de nek, worden littekens na verloop van tijd niet opgemerkt. Patiënten die in de zomermaanden geopereerd worden, dienen bij het uitgaan zonnebrandcrème met een hoge beschermingsfactor te gebruiken. Er is een hoog risico op littekens bij wonden die aan de zon worden blootgesteld.
Wanneer kan ik terugkeren naar mijn werkleven?
Bij een standaard schildklieroperatie kan ze na een week weer aan het werk. Deze periode is afhankelijk van persoonlijke kenmerken en de toestand van de ziekte. Wanneer complicaties optreden, wordt de tijd om weer aan het werk te gaan langer.
Hoe gebruik ik schildklierhormoonmedicatie?
Na een schildklieroperatie wordt schildklierhormoon meestal levenslang gebruikt. Omdat het schildklierweefsel wordt verwijderd, wordt het hormoon dat het lichaam nodig heeft extern toegediend. In gevallen waarin het pathologieresultaat laat zal zijn, wordt het schildklierhormoon onmiddellijk in een lage dosis gestart. Aangezien een tekort aan schildklierhormoon zwakte, vermoeidheid, haaruitval en gewichtstoename veroorzaakt, wordt in de vroege periode na de operatie met schildklierhormoon gestart. In gevallen waarin het pathologieresultaat binnen een week kan worden verkregen, is het aangewezen om het resultaat te zien en medicatie te starten.
Kan het kwaad om schildklierhormoonmedicatie te gebruiken?
Omdat het wordt gegeven om het ontbrekende hormoon in het lichaam te vervangen, is het niet schadelijk. Schildklierhormoon moet 's morgens op een lege maag en tegelijk worden ingenomen.Patiënten die andere geneesmiddelen gebruiken, moeten deze geneesmiddelen ten minste 4-5 uur na het schildklierhormoon innemen. Het medicijn mag niet worden ingenomen op de dag van de hormoontest. Dosiswijzigingen van geneesmiddelen mogen niet vóór acht weken worden aangebracht en de controle van de dosiswijziging moet na ten minste 6-8 weken worden gedaan.
Wordt atomaire therapie toegepast?
Voor papillaire en folliculaire kankers groter dan 1 cm wordt meestal atoomtherapie gegeven. De beslissing voor atoomtherapie moet worden bepaald en uitgevoerd door de beslissing van de raad met de specialisten Endocrinoloog en Nucleaire Geneeskunde. Deze beslissing dient in overleg met elke patiënt te worden genomen.
Wanneer kom ik kijken?
Na de operatie vindt de eerste controle plaats wanneer het pathologieresultaat is verkregen. De schildklierhormoonmedicatie wordt gestart wanneer de patiënt wordt ontslagen. Nadat het pathologieresultaat is gezien, wordt de dosis van het medicijn aangepast door een hormoononderzoek aan te vragen. Dosisaanpassing vindt plaats na twee maanden. In de volgende perioden worden de controles van 3 of 6 maanden periodiek voortgezet, afhankelijk van de toestand van de patiënt. Na de dosisaanpassing van het geneesmiddel is jaarlijkse controle voldoende. Wanneer de patiënt klachten heeft zoals zwakte, vermoeidheid, hartkloppingen, dient hij eerder naar de controle te komen.